“In het veld zien de tegenstanders mij vaak over het hoofd. Daardoor ben ik vaak in staat om te scoren”
Wat heb jij gemeen met Coos van Kooten?
Hij is ook trainer net als ik…
Meer gemeen met elkaar?
Ja, ik weet heus wel waar jij op doelt. Jij hebt het namelijk over onze lengte. Wij zijn namelijk beiden rond de 1.70. Verder is Coos mijn trainer geweest in de jeugd.
Maar wat zijn de voordelen dat je iets kleiner bent dan anderen?
In het veld zien de tegenstanders mij vaak over het hoofd. (lacht) Daardoor ben ik vaak in staat om veel te scoren.
“Tussen twee teams hangen, vond ik het een vervelende situatie, omdat je niet echt bij een team hoort”
Wat is jouw hoogtepunt geweest?
Mijn hoogtepunt was in 1993, want toen werd ik tweede van Friesland met het ‘4 tegen 4-toernooi’. Ook dat ik vorig seizoen op de bank mocht zitten bij het eerste elftal. Dit had ik nooit verwacht als speler.
En jouw dieptepunt?
Tijdens mijn voetbalperiode heb ik niet echt een dieptepunt gekend. Alleen een persoonlijk dieptepunt, maar dat is wel bekend bij de mensen.
Een tweetal seizoenen geleden zat je op de grens: dan weer tweede en dan weer derde. Hoe vond je dat?
Ik vond het een vervelende situatie, omdat je niet echt bij een team hoort. De ene zondag moest ik met het tweede mee en de andere week weer met het derde.
Nu speel je vast bij het tweede. Wat is het verschil met enkele seizoenen daarvoor?
Ik hoor nu vast bij een team en dat voelt anders dan als je er tussenin zit. Dit voelt natuurlijk een stuk lekkerder.
“Ik wil zo lang mogelijk voetballen”
Wat vind je van de nieuwe trainers Frank van Loon en Rudy Fopma?
Ze zijn nog maar net bezig bij het tweede, maar de eerste indrukken zijn goed. Ze hebben namelijk zeer veel ervaring en dat proberen ze op ons over te brengen. Je ziet dat ze op een hoog niveau hebben gespeeld.
Stond je vroeger als jongetje altijd bij het eerste elftal naar deze twee mannen te kijken?
Ja, ik kijk al sinds mijn zesde jaar bij het eerste. Later gingen we ook naar uitwedstrijden. Ik vond dit altijd een mooie belevenis, omdat je toch wat tegen ze opkeek.
Hoe heb je het ervaren dat jouw broertjeTheo wel in aanmerking kwam voor het eerste en jij niet?
Natuurlijk had ik het er in het begin moeilijk mee, omdat ik er graag zelf wilde staan. Maar later maakte dat plaats voor trots.
“Ik haal heel veel voldoening uit het voetbal”
Jij lijkt mij een speler die nog heel lang doorgaat als voetballer. Klopt dat?
Ja, dat klopt. Op den duur zal dat natuurlijk op een lager niveau worden, maar ik wil inderdaad zo lang mogelijk voetballen.
Wat betekent vv St.-Anna voor jou?
De club betekent veel voor me. Ik ben ook veel in ‘De Waaie’ te vinden. Ik ben bovendien trainer en leider van de E4.
Maar hoe gek ben je van voetbal?
Ik ben een echt voetbaldier, om het zo maar eens te zeggen. Ik haal er voldoening uit. Ik kijk veel voetbal. Ik ga ook wel naar andere verenigingen om wedstrijden te kijken.
Wil je nog iets kwijt of wil je nog ergens op terugkomen?
Nee, Jan, het is goed zo.
